Foto: Margot de Heide
Toen de 22-jarige Andrew Lloyd Webber en de 26-jarige Tim Rice in 1969 een musical over Jezus bedachten, verwachtten ze al dat die de nodige weerstand opwekken. Inderdaad durfde geen producent zich aan het stuk te wagen. Lloyd Webber en Rice lieten het er echter niet bij zitten en gooiden het over een andere boeg: Jesus Christ Superstar werd een conceptalbum. En niet zomaar eentje, want het succes ervan leidde uiteindelijk tot de productie van de eerste megamusical.
Op 21 november 1969 werd de single ‘Superstar’ (toen nog zonder Jezus Christus in de titel) gelanceerd in Engeland, compleet met aanbeveling van de Deken van St. Paul’s Cathedral in de omslag. Veel effect had het niet; het grote succes kwam pas toen de single in Amerika werd uitgebracht. Daar leidde hij tot hevige discussies en schopte de single het al snel tot de top 80. Dankzij het succes konden Lloyd Webber en Rice de gehele musical gaan schrijven en die op plaat uitbrengen.
Conceptalbum voor 29 gulden
Het zogenaamde conceptalbum kwam er als dubbel-lp, en was in 1971 ook in Nederland te koop – voor 29 gulden. De personages uit het verhaal kregen ieder hun eigen muziekstijl, legt musicalwetenschapper Olaf Jubin uit. Judas’ nummers zijn in rockstijl; Jezus balanceert tussen soul en soft rock; Maria Magdalena zingt folk; en Herodus, Pilatius, de apostelen en het volk worden gekenmerkd door ragtime, Charleston en andere musicalmuziekstijlen. Al snel werd de lp zo’n succes dat het Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band van de Beatles van de troon stootte als ‘s werelds best verkochte album. Jesus Christ Superstar bewees zo dat het mogelijk was om klassieke muziek, rock en musical te combineren op een manier die toegankelijk is voor een groot publiek.
Megamusical
Al snel werd er begonnen aan een theateradaptatie van de musical, die op 12 oktober 1971 op Broadway in première ging. Volgens musicoloog Jessica Sternfeld was Jesus Christ Superstar de eerste megamusical, en wel om drie redenen: hij is doorgecomponeerd, heeft een uitgebreid décor en een emotionele plot. Dat laatste was te danken aan het feit dat Rice en Lloyd Webber de menselijke kant van de personages meer wilden benadrukken in hun musical. Hoewel bekend met Bijbelse teksten, vonden zij Jezus een onrealistische figuur, evenals Judas, die Rice omschreef als een ‘cardboard cut-out figure of evil’. In de musical probeerden Rice en Lloyd Webber daarom bijvoorbeeld uit te zoeken waarom Judas een man verried van wie hij hield. Eigenlijk is Jesus Christ Superstar de verkeerde naam voor de voorstelling, vindt Jubin, want Judas heeft de meeste nummers in de voorstelling heeft en zijn rol heeft meer om het lijf.
Foto: Margot de Heide
Spektakel
Dat de musical doorgecomponeerd is, is te danken aan het conceptalbum, waarvoor Rice en Lloyd Webber geen moeite deden om een traditioneel musicalscript te schrijven. Weliswaar zorgde dit voor moeilijkheden voor de originele regisseur Tom O’Horgan, die opmerkte dat Jesus Christ Superstar niet bepaald een theatrale samenstelling had. Ter compensatie koos hij ervoor om een visueel spectaculaire productie te maken met grote decors (inclusief naar beneden zakkende muur die vervolgens dienst deed als podium), speciale effecten en kostuums geinspireerd op een tentoonstelling over insecten die O’Horgan zag in het Museum of Natural History.
Kitscherige suikertaart
Al een paar maanden na de Broadwaypremière kwam de musical naar Nederland. Op 1 februari 1972 gaf de Amerikaanse National Rock Opera Company een eenmalige concertante uitvoering in Ahoy. Lloyd Webber en Rice waren hier echter niet blij mee omdat de National Rock Opera Company geen rechten zou hebben betaald, en stuurden op het laatste moment een advocaat om een kort geding te eisen. Om vier uur op de dag van de voorstelling deed de rechter uitspraak: de voorstelling mocht doorgaan, maar door al het gedoe werden zeker 2000 kaarten niet opgehaald. De recensies waren gemengd: het NRC Handelsblad noemde de musical ‘een openbaring’, maar Het Vrije Volk beoordeelde de show als een ‘gemeen rose, kitscherige suikteraart: aardig om naar te kijken, maar het nemen van een hap is toch af te raden’.
Christelijk protest
Het duurde nog tot de jaren tachtig voor er een Nederlandstalige voorstelling ten tonele werd gevoerd, en wel door het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. Inmiddels was het 1986, maar zelfs toen ging het optreden niet zonder slag of stoot voorbij. Zo nam in Groningen de fractie van het protestants-christelijke Gereformeerd Politiek Verbond, een voorganger van de ChristenUnie, afstand van de uitvoering aldaar. In een brief aan het college van burgemeester en wethouders uitte het GVP haar bezorgdheid over het ‘kwetsende karakter’ van de musical. Anno 2017 kunnen we wel stellen dat, althans in Nederland, de meeste controverse rondom de musical voorbij is.
Lees ook de recensie van Jesus Christ Superstar van TEC Entertainment.
Bronnen:
- De Tijd (1972). ‘Jesus Christ Superstar een keer in AHOI-hal’. 26 januari: 6.
- Fokkens, Gert en Niek Vechtmann. ‘Rock-opera Jesus Christ Superstar: Perfecte suikertaart’. Het vrije volk, 2 februari: 13.
- Jubin, Olaf ‘Concept Readings: When What You See Is What You Have Heard. Case Study 9: Jesus Christ Superstar’ (2016). In: British Musical Theatre Since 1950.
- Nederlands dagblad (1986). ‘GPV boos over rock-opera in Groningen’. 10 september: 6.
- NRC Handelsblad (1972). ‘Verbod rockopera Superstar gevraagd’. 31 januari: 1.
- Sinkeler, Bob (1971). ‘Christus-verhaal in eigentijdse (pop)taal’. De Telegraaf, 27 november: 23.
- Sternfeld, Jessica (2006). The Megamusical.
- Vries, Peter de. (1972). ‘Rockopera Jesus Christ Superstar blijkt een openbaring.’ NRC Handelsblad, 2 februari: 6.
- Wollman, Elizabeth (2009). The Theater Will Rock. The University of Michigan Press.
- Sanne Thierens
3 mei 2017, 12:12